MODELBOUW DOOR
ALBERTSCHOLTHEIS
De geschiedenis van Altland
De prehistorie
Zoals de naam van het land al zegt heeft het land een lange geschiedenis. In de rivierdalen zijn, naast vele fossielen, verscheidene artefacten uit de oude en middensteentijd gevonden. Ook op de plaats waar nu de hoofdstad Altenstein gelegen is zijn resten van nederzettingen uit de midden- en nieuwe steentijd aangetroffen en men onderzoekt momenteel archeologische argumenten die de mythologische kronieken van Altland ondersteunen.
Volgens deze kronieken vestigden zich na verscheidene veldslagen zich de Taranen nabij de Alta. De Taranen behoorden vermoedelijk tot het strijdhamervolk uit het Oosten. Lange tijd bleven de Taranen en de Altanen als twee bevolkingsgroepen naast elkaar leven.
Omstreeks
600 voor Christus vestigden zich Britse en Ierse kolonisten zich in Valmaria
en
vermengden zich met de toenmalige bewoners van de trechterbekercultuur. Op de
heuveltop van de Bommelberg ligt een oud steengraf
gelegen en aan de oostzijde
staat nog een broch van de Britse kolonisten, waaronder blijkbaar Picten. Deze
groep leverde volgens de mythologische kronieken onder aanvoering van een zekere
Fill strijd tegen een aan de Taranen verwant volk dat van over de bergen op
olifanten Valmaria binnenviel. Zij wisten deze aanvallers terug te slaan en nog
steeds wordt deze mythologische slag herdacht met een monument bij de oostpoort
van Valmar.
De oude geschiedenis
Omstreeks 450 drong een leger van de West-Goten Altland binnen. Ze veroverden westelijk Altland maar slaagden er niet in de zware burcht van Altenstein in te nemen. Ze bleven echter een kleine eeuw in Altland nadat er een wapenstilstand gesloten was tussen de Altlandse koning Adronis II en de Gotische vorst Florismund, kleinzoon van Ermanarik. In 556 vertrok een groot deel van deze Goten Altland, maar de Gotische cultuur had een belangrijk stempel gedrukt op de Altlandse beschaving.
In de middeleeuwen groeide Altenstein uit tot een belangrijk handelscentrum. Dat was te wijten aan enkele factoren: Door de enigszins geïsoleerde ligging stond Altland bekend om rust en veiligheid. Als klein zelfstandig koninkrijk tussen vele oorlogvoerende rijken werd Altenstein een vrijplaats voor vele handelaren. Daarnaast werden er reeds vroeg kolen gewonnen in Valmaria en bij Factorij werden allerlei ertsen en mineralen gedolven. (Volgens de mythologische kronieken woonde hier een dwergenvolk dat mijnbouw bedreef. Wel is bekend dat reeds in de steentijd mijnen aangelegd werden.) Eén van de Gotische erfenissen was de groei van het Christendom met als centrum het klooster op de rotshoogte aan de Alta. In het centrum van Altenstein werd de eenvoudige houten kerk vervangen door de Romaanse Dom die in 1208 voltooid werd. In de Middeleeuwen ontstonden veel contacten met de Hanzesteden en nam de handel en de welvaart toe.
In de zestiende en zeventiende eeuw trokken veel kooplieden uit Altland over de bergen en ontstonden internationale handelsbetrekkingen. In de achttiende eeuw keerden enkele honderden Amerikaanse kolonisten terug naar het Europese continent en vestigden zich nabij de Taraanse Hoogten. Door hen werd Santa Fe gesticht en ook Walkan werd door hen gedomineerd. Toen in de negentiende eeuw nabij Santa Fe olie werd gevonden nam de welvaart en de invloed van deze Amerikanen toe.
In de Franse tijd nam het Altlandse vorstenhuis een opvallende situatie in. Hoewel het aloude vorstenhuis indruiste tegen de idealen van de Franse Revolutie weerhield de welvaart en de persoonlijke vrijheid de Altlanders een revolutie te beginnen. Koning Aldaric IV was in wezen een bewonderaar van Napoleon. Hij rustte zijn garde ( leger) uit met uniformen naar Frans model. Tot een strijd tussen Altlanders en Fransen is het niet gekomen, anders was er een vreemde situatie ontstaan. Nog steeds worden de Frans- aandoende uniformen traditioneel gedragen.
Toen
de eerste stoomtreinen verschenen was Altland er snel bij. Transport van kolen,
ertsen en olie was bijzonder belangrijk geworden. De eerste treinen waren zowel
van Britse als van Amerikaanse oorsprong. Er ontstonden drie
spoorwegmaatschappijen: De Altlandse
Staatsbaan, opgezet door de Altlandse regering, gebruik makend van
continentale Europese treinen. De Valmariërs ( van Britse oorsprong) richtten de Valmarian
Railway op met Brits materieel. Altensteinse kooplieden richtten met de
kolonisten van Santa Fe de particuliere Northern
Altland Railroad Company op.
Korte tijd heeft er nog de Fillsburg Steamtram
Company bestaan, doch deze werd spoedig door Northern Altland overgenomen. In
1904, toen het autoverkeer toenam besloot de regering dat voortaan het
railverkeer, wegens de beperkte mogelijkheden qua infrastructuur, voorrang zou
hebben op het wegtransport. Daarna ontwikkelden de spoorwegen zich snel. De
toekomst zal leren of deze keuze de goede was.
Begin twintigste eeuw bewapende Altland zich grondig. Er werden pantsertreinen ontwikkeld naar Russisch en Duits voorbeeld. Maar de neutraliteit bleef gehandhaafd en de bewapening is grotendeels teruggedraaid.
Met de grondstoffen kolen, olie en ertsen is de Altlandse economie stevig, terwijl door het eigen karakter van het land het toerisme steeds meer toe neemt en één van de belangrijkste bronnen van inkomsten is geworden.